Een jongen van 16 stopte in 1966 met school omdat hij dyslexie had. Hij begon samen met een vriend een tijdschrift voor studenten en verdiende geld door advertenties te verkopen aan plaatselijke bedrijven. Hij begon met weinig geld en leidde de operatie vanuit een kerk. Na 4 jaar zocht hij manieren om zijn tijdschrift te laten groeien en begon hij platen te verkopen aan de mensen die het tijdschrift kochten.
De platen verkochten zo goed dat hij het volgende jaar zijn eerste platenwinkel opende. Na 2 jaar platen verkopen besloot hij zijn eigen platenlabel en opnamestudio te openen. Hij verhuurde de opnamestudio aan lokale artiesten, waaronder Mike Oldfield. Oldfield maakte in die studio zijn hit ‘Tubular Bells’, dat de eerste release was van het platenlabel. Er werden meer dan 5 miljoen exemplaren van het nummer verkocht.
De naam van die jongen? Miljardair Sir Richard Branson.
Dit is een van de vele voorbeelden die genoemd worden als voorbeeld van ‘start before you’re ready’. Als (toekomstig) ondernemer komt er nooit een moment waarop je ‘alles’ weet of volledig klaar bent voor een nieuw product, proces of klant.
Met Green Side hebben we als basishouding om ‘ja’ te zeggen tegen kansen, om van daaruit te kijken hoe we het voor elkaar zullen krijgen. Zo begon het ook met de allereerste grote bestelling die we kregen.
Kan je 150 duurzame notitieboeken leveren?
Ik had net 5 prototypes van de notitieboeken gemaakt, toen mijn toenmalige collega’s van het platform nieuworganiseren.nu voorstelden: ‘Zullen we anders op ons volgende evenement iedereen een notitieboek geven?’
Ik had: geen enkelzijdig bedrukt papier, geen sociale werkplaats om de boekjes te laten maken en geen idee of ik het op tijd af zou krijgen, dus ik zei: ‘ja is goed, hoeveel zullen we er maken?’
Ik kwam thuis en besefte dat ik meteen na moest gaan denken hoe ik dit voor elkaar ging krijgen. Nummer één prioriteit was het verzamelen van papier. Ik begon uit te rekenen hoeveel A4 vellen papier ik nodig zou hebben: 150 boekjes van A6 formaat á 30 A6 vellen per boekje = 1.125 vellen papier.
Dat was het doel. Ik had thuis nog een beetje liggen, maar daarmee kwam ik nog niet aan de 100 vellen papier. Dus besloot ik mijn hele omgeving te bellen. Familie en vrienden kregen een belletje met de vraag of ze ergens nog wat enkelzijdig bedrukt papier hadden liggen. Van mijn moeder kreeg ik bladmuziek van haar koor, mijn oma doneerde oude Bijbelteksten en een goede vriend van mij had nog een verslag van de basisschool gevonden over dinosauriërs.
Zo kwam ik in de buurt, na nog wat rekenwerk kwam ik erachter dat als ik 28 in plaats van 30 vellen papier in elk boekje zou doen dat ik uit zou moeten komen.
De productie
Vervolgens moesten de boekjes nog gemaakt worden. Ik had één kleine inbindmachine thuis staan waar ik zelf notitieboekjes kon inbinden. Dus ik had mijn moeder en vriendin opgetrommeld om samen in één weekend alle boekjes te maken.
Mijn bureau was de ‘papierafdeling’ en mijn keukentafel de ‘inbindafdeling’. Na een weekend papier tellen, papier perforeren en inbinden was het gelukt, de boekjes waren af!
Ondernemen blijft ja zeggen.
In de vervolgjaren met Green Side hebben we nog genoeg momenten gehad waarop we ja zeiden zonder dat we wisten hoe we het voor elkaar gingen krijgen, of het nou onze eerste lezing was, een samenwerking met een partner of de eerste pakketpost met onze enveloppen.
Dit is wat het ook leuk maakt voor ons, steeds nieuwe dingen ontdekken, steeds nieuwe dingen leren en vanuit daar de volgende stap zetten.
Dus we zijn benieuwd: waar daag jij ons toe uit?
Dit is verhaal 3 in een serie waarin we het verhaal van Green Side vertellen. Altijd op de hoogte blijven? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.